De beklemde detaillist

Het kan voorkomen dat een gebruiker (bijv. een detaillist) gedwongen is tot het opnemen van een 'onredelijk bezwarend beding' in zijn algemene voorwaarden tegenover zijn afnemer (bijvoorbeeld een consument) vanwege het feit dat hij diezelfde voorwaarde van zijn voorschakel (bijvoorbeeld een importeur) krijgt opgelegd.

Wanneer zijn wederpartij in dat geval de vernietiging van het betreffende beding bewerkstelligt, rijst de vraag of hij zich tegenover zijn voorschakel ook op de onredelijke bezwarendheid van het beding kan beroepen. Zou hij dat niet kunnen, dan zou hij in een 'knelpositie' komen. De regeling in art. 6:244 lid 1 dient om dat te voorkomen.

Volgens de wettelijke bepaling kan een detaillist, wanneer er sprake is van een 'nauwe samenhang' tussen het beding van een voorschakel (bijv. de importeur) in zijn relatie tot de 'detaillist' en het beding in de algemene voorwaarden van de 'detaillist' en zijn wederpartij (bijv. de consument), in het geval van een vernietiging van de betreffendevoorwaarde door de consument, zich er op beroepen dat evenmin de voorschakel van de detaillist het beding mag inroepen (art. 6:244 lid 1).

Ook de voorschakel kan zijn algemene voorwaarden opgelegd krijgen van een eerdere schakel in de distributieketen. In dat geval bevindt hij zich in dezelfde 'knelpositie' als de 'beklemde detaillist'. De wet biedt deze voorschakel eveneens bescherming tegen de eerdere schakel in de distributieketen (art. 6:244 lid 4).

In het geval van een consumentenkoop heeft de verkoper ook op grond van Titel 1 van Boek 7 een regresvorderingen jegens zijn voorschakel _(artikel 7:25)_. Zie m.b.t. de beklemde detaillist: T.H.M. van Wechem; De 'beknelde detaillist' met zijn rug tegen de muur?, NbBW 92, p. 14-15.